Fytoflavonoïden – pure plantenkracht voor gezond en mooi haar

Fytoflavonoïden – 'secondair' maar niet minder belangrijk

Fytoflavonoïden staan bekend als 'secondaire' plantaardige stoffen. In tegenstelling tot primaire plantstoffen, spelen ze geen directe rol bij de groei van planten en waren ze daarom lange tijd vrijwel onbekend. Maar ze hebben zeker geen onbelangrijke functie: zo beschermen ze de plant tegen Uv-stralen en voorkomen ze dat de plant opgegeten wordt.

'Groene hormonen' met plantaardige kracht

De fytoflavonoïden vormen een grote groep secondaire plantstoffen. Sommige van deze fytoflavonoïden lijken qua samenstelling op het vrouwelijke hormoon oestrogeen en ze ontplooien in het menselijke organisme een lichte hormoonachtige werking - maar dan zonder de kenmerkende hormonale bijwerkingen. Ze worden daarom ook wel fyto-oestrogenen (fyto- = plant) genoemd. Er bestaat rijkelijk bewijs dat de fytoflavonoïden in soja bijdragen aan een vermindering van het risico op borst- en prostaatkanker. Maar fytoflavonoïden kunnen nog meer. Zo kunnen ze overgangsklachten verminderen, hebben ze een positief effect op osteoporose, beschermen ze de huid tegen vrije radialen en kunnen ze het haar krachtig en gezond houden...

Een energieboost voor haar en hoofdhuid

Vóór de overgang (de menopauze) worden de haarwortels bij de vrouw beschermd door het hoge gehalte aan vrouwelijke hormonen. Maar tijdens de menopauze neemt dit gehalte vrouwelijke hormonen af en neemt de invloed van androgenen (= testosteron) toe. Het gevolg: Het haar wordt dunner, valt eerder uit en de hoofdhuid wordt zichtbaar. Bepaalde fytoflavonoïden (bijv. in soja, witte thee, zilverkaars) gaan de werking van deze androgenen tegen. Dit verhoogt de weerstand van de hoofdhuid en het haar, levert een bijdrage aan de regeneratie en beschermt de haarwortels tegen de negatieve effecten van het mannelijke hormoon.